Elbow chair: Lore’s favorieten

Een 6-tal jaar werk ik ondertussen  bij Abitare, en in die 6 jaar heb ik de winkelinrichting  al ontelbare keren zien veranderen. Net zoals in de mode staat de meubelsector immers niet stil, en zijn er trends die komen

en gaan. Wij zelf worden ook beïnvloed door die modegrillen. Iets waar we in het begin laaiend enthousiast over zijn kunnen we na verloop van tijd een beetje beu zijn. Anderzijds bestaan er ook all-time favourites.
Meubelstukken die de tand des tijd lijken te doorstaan, of tenminste toch al ettelijke jaren mijn hart blijven beroeren. Ik zet er even 3 op een rij:

 

De elbow chair van Hans J. Wegner.

 

Het was liefde op het eerste zicht en na 4 jaar vind ik de elbow chair nog altijd de mooiste stoel die we in de winkel hebben staan. Het was dan ook een evidentie dat ik die stoelen aan mijn eigen tafel wilde hebben staan. De elbow chair is voor mij een voorbeeld van kwaliteit, vakmanschap en perfectie. Het design is Scandinavisch en puur, geen detail te veel. Geen stootbar tussen de poten bijvoorbeeld, geen lomp zitvlak of zware lijnen. Integendeel, alles is afgerond, uit gepuurd, en met nauwkeurigheid gemaakt. De poten zijn niet recht, maar gaan conisch naar onder en naar boven. De gebogen leuning uit 1 stuk hout neemt perfect de ronding van je rug aan. Alles is letterlijk zacht aan deze stoel, en je voelt gewoon de passie van de schrijnwerker. Als ik aan mijn tafel zit, neem ik nog
regelmatig de tijd om het hout van mijn stoel door mijn vingers te laten glijden. En mijn hart maakt een vreugdesprongetje want na al die tijd samen moet ik toegeven dat hij nog steeds de ware voor mij is.

 

Het Cosmos Tapijt van Limited Editon

 

Tapijten zijn mijn dada, en daarom sta ik er vaak van versteld hoe weinig relevant mensen een tapijt kunnen vinden. Ik begrijp wel dat het moeilijk ligt om veel geld aan een tapijt uit te geven, de prijs kan namelijk enorm oplopen
als je per m² moet tellen, en anderzijds is het een kleed waar je over loopt en daarom in gedachte snel vuil wordt. Toch zijn er kwaliteiten die deze ‘dodelijke’ argumentencombinatie goed overleven. En 1 daarvan is voor mij de cosmos. Al jaren hou ik van Oosterse tapijten. De kwaliteit van dit genre is vaak ontzettend goed. Dat merk je ook aan het aantal Perzische tapijten (van de bomma?) die nog in perfecte staat  op tweedehandssites worden verkocht. Oosterse tapijten zijn vaak gemaakt van 100% wol en handgeknoopt. Daarom dat ze zo mooi blijven. Moest de tekening ons aanstaan dan hadden we ze meteen een 2de leven gegeven in eigen huis… De cosmos is voor mij een eigentijdse variant van zo’n degelijk tapijt ‘van vroeger’. Het is gemaakt van overwegend wol en je hebt een enorme keuze aan kleuren die je bovendien zelf kan samenstellen. Door die combinatie van kleuren krijg je een rijk en boeiend vlak. Een cosmos tapijt oogt dus nooit saai en nochtans heeft het geen speciale tekening of lijnenstructuur.
Een bijkomende troef is dat je de hoogte van de draden kiest. Je kan dus een laag- of een hoogpolig tapijt kiezen, afhankelijk van de stijl die je beoogt. Het onderhoud van zo’n wollen tapijt is bovendien eenvoudig. Wol is vocht-vuilafstotend en daarom het beste materiaal voor een vloerkleed. Het is toch zalig als je je geen zorgen hoeft te maken over vlekken of dat je niet letterlijk op je tippen hoeft te lopen? En dan rest er nog de prijs. Ik geef toe dat de cosmos niet de goedkoopste in het gamma is, maar ook zeker niet de duurste, en wat mij betreft zelfs zeer betaalbaar als je de kwaliteit bekijkt. Ik blijf de cosmos een tijdloze klassieker vinden. Eentje die je niet beu wordt en die moeiteloos combineert met andere genres tapijten. Binnen 50 jaar is de cosmos nog altijd even mooi en kan die aan de volgende generatie gegeven worden, op voorwaarde tenminste dat die geen tekening willen in hun tapijt…

 

De Monkey van Kay Bojesen.

 

Een paar jaar geleden was ik in Kopenhagen op bezoek bij een vriendin. Het was mijn eerste keer in Scandinavië en ik was onder de indruk van de vele woon- en decoratiewinkels. In veel van die winkels zag ik het houten speelgoed van Kay Bojesen terugkomen. Ik had dit nog nooit gezien, en toch vertelde men me daar dat die figuurtjes al generaties bestonden. De Deen KAY Bojesen (1886- 1958) begon namelijk in de jaren 1930 al met het ontwerpen van een aantal houten dieren. Zijn uitgangspunt was daarbij dat het design rond, zacht en aangenaam moest aanvoelen. Hij heeft nooit een perfecte kopie van een dier willen maken, maar altijd een variant die een lach op ieders gezicht moest toveren. Zijn bekendste ontwerp is een aap in teak en limbahout die ook als een soort kapstok kan gebruikt worden.Ik vond het verhaal errond zeer mooi, en omdat ik de aap zo leuk vond mocht die mee naar België en hangt die sindsdien in mijn keuken. Toen we een tijd geleden de kans kregen om de diertjes van Kay Bojesen in onze winkels te verdelen hebben we geen moment getwijfeld. Ze zijn een mooie aanvulling op onze collectie meubels. En elke keer ik zo’n aap verkoop hoop ik dat de persoon met wie hij naar huis gaat er evenveel plezier aan zal beleven. Bij mij blijft hij alvast in mijn keuken hangen, ik vind hem nog altijd prachtig